Chinees Cultuurplein

Het Chinees Cultuurplein is ontwikkeld door een groep docenten van het voortgezet onderwijs. Ze richten zich niet alleen op leerlingen en docenten van het vak Chinees, maar vinden dat iedere middelbare scholier bij vakken als Geschiedenis, Economie en Aardrijkskunde ook iets over China moet kunnen leren.

 

Het Chinees Cultuurplein biedt docenten aantrekkelijk en actueel onderwijsmateriaal aan. Het cultuurplein bestaat uit zes domeinen: geschiedenis, aardrijkskunde, samenleving en identiteit, politiek en economie, technologie en wetenschap, taal, literatuur en film. Het doel is culturele competentie bij de leerling te bevorderen door middel van het vergroten van kennis over China, het ontwikkelen van vaardigheden en het creëren van een open attitude: een niet veroordelende blik op een andere cultuur dan de onze.

 

Voor meer informatie bezoek Chinees Cultuurplein.

Masterclass klimaatadaptieve stad

In deze interactieve bijeenkomst deelt Ted van der Klaauw zijn ideeën over hoe de stad van de toekomst er uit gaat zien en hoe we daar nu al aan kunnen werken. Ted van der Klaauw is docent Ruimtelijke Ordening, Planologie en Stedenbouw bij Hogeschool Inholland. Ted schetst eerst een toekomstbeeld welke veranderingen op ons af komen, hoe ons (stads)landschap er in de toekomst uit zou kunnen zien en hoe we hier op kunnen anticiperen. Daarna gaat hij dieper in op een van de onderwerpen die binnen steden een steeds belangrijkere rol gaat spelen: hittestress. Want wat heeft een steeds warmer klimaat als effect op de stad? Op welke manieren kunnen we een stad hier voor weerbaar maken? Er wordt ingegaan op de theorie achter het fenomeen hittestress en wat dat betekent voor de beleving van het stadsklimaat. Vervolgens wordt aan de hand van ontwerprichtlijnen een online casus behandeld. Hierbij is ruimte om zelf creatieve ideeën in te brengen.

 

In dit interactieve college vertelt Ted zijn verhaal en is er ruimte voor vragen en discussie. Daarnaast wordt er met de docent een opdracht (casus) gedaan waarin jullie de kennis in een voorbeeldontwerp toepassen, op een manier die later ook te gebruiken is in je eigen lespraktijk met de leerlingen.

 

Locatie: InHolland Delft

Tijd: 16:00 – 18:00 uur met aansluitend wat te eten.

Lesmateriaal Energiehelden
De Provincie Zuid-Holland en EIC Mainport hebben met deze onderwijscyclus voor ogen om de energietransitie zichtbaar te maken. Dit speelt een grote rol bij het teweegbrengen van een positieve verandering in het gedrag en de houding van leerlingen ten aanzien van duurzame energie en hun energieverbruik. Daarbij worden de leerlingen uitgedaagd om hun eigen energietransitie onder handen te nemen.
De doelgroepen waar De Energiehelden Onderwijscyclus zich op richt:
Leerlingen van de het Voortgezet Onderwijs.
Primaire focus is op: HAVO 1,2,3
Secundaire focus is op: VMBO 1,2 en VWO 1,2,3Er wordt rekening gehouden met de differentiatie van de niveaus door verschillen te maken in de moeilijkheidsgraad van de vraagstellingen in de activiteiten.Leerlingen doorlopen een onderwijscyclus, die bestaat uit een introductieles op school (Les 1), gevolgd door een excursie naar het EIC Mainport Rotterdam, of een energieheld bij u in de buurt of het spelen van het spel op school (Les 2) en een vervolgopdracht over de aanpak van hun eigen energietransitie (Les 3).

Het programma is ook toegankelijk voor scholen die niet in de omgeving van het EIC gevestigd zijn. Daarom is de onderwijscyclus voor die betreffende scholen zodanig ingericht dat een bezoek aan het EIC wel gestimuleerd wordt, maar geen verplichting is.

 

Het volledige lespakket bestaat uit de volgende onderdelen
● Docentenhandleiding
● Verantwoording bij het lesmateriaal
● Lesopbouw per onderdeel
● Slide deck
● Werkopdrachten
● Impactmeting vragenlijst
● Ouderbrief

 

De docentenhandleiding kunt u hier downloaden –Middelbare school – Docentenhandleiding

 

Via een e-mail naar het Bètasteunpunt Zuid-Holland kunt u het u een link ontvangen naar het gehele lespakket.
Mocht u onvolkomenheden tegenkomen of aanvullingen hebben dan horen wij het graag, dan zullen wij dit aanpassen in de bestanden.

Masterclass stadsecologie

Deze masterclass is helaas vol, het is niet meer mogelijk om in te schrijven. Als u op de reservelijst geplaatst wilt worden stuur graag een mail naar onz@iclon.leidenuniv.nl 

 

 

In deze masterclass delen Marco Roos – onderzoeker stedelijke biodiversiteit bij Naturalis – en Hans Slabbekoorn – Universitair hoofddocent IBL – hun expertise op het gebied van stadsecologie. Naast de interactieve lezingen ga je met andere docenten zelf op onderzoek uit met opdrachten die je ook met je leerlingen kan uitvoeren. Lees hier meer over de bijeenkomst:  

 

Marco Roos gaat tijdens het college in op de steeds groter wordende stad en de ecologische gevolgen die dit met zich meebrengt. De stad vormt – na de landbouwgebieden – het grootste landschapselement in Nederland. Bijna 20% van het landoppervlak van ons land wordt gevormd door stedelijk gebied, en dat is een vertienvoudiging in een eeuw tijd (terwijl de bevolking 3,5x groeide). In dezelfde periode nam het areaal natuur af: van zo’n 28% naar minder dan 15% nu. De stad is in toenemende mate belangrijk voor behoud van biodiversiteit en deze biodiversiteit in de stad vervult belangrijke ecosysteemdiensten. Een verrassend groot aantal soorten vind de 3 V’s (Veiligheid, Voedsel en Voortplanting) van hun vestigingsvoorwaarden in de stad. Met meer zorg voor inrichting en beheer kunnen dat er nog veel meer worden. Belangrijke kenmerken van de stad voor biodiversiteit zijn de grote verstening en hoge stressfactoren door de menselijke dynamiek. Wat die verstening betreft, heel veel planten zien toch kans op of tussen de stenen te ontspruiten en tot wasdom te komen (als ze niet worden weggespoten of gebrand). Al met al betreffen dat een dikke 100 stoepplantjes (naast de 10-tallen muurplantjes). Het is interessant het voorkomen van deze stoepplantjes in kaart te brengen, omdat het wat zegt over condities, het beheer en omdat ze op het niveau van de straat een belangrijk ecologisch netwerk vormen voor bodemdieren en bestuivers.

 

Hans Slabbekoorn vertelt meer over de gevolgen voor dieren en dan met name vogels. Vogels in de stad maken het leven in de stad voor mensen aangenamer. Met de lucht van appeltaart verkoopt je huis beter, de zang van vogels verkoopt je stad beter. Maar hoe is het voor vogels om in de stad te leven? Op zich is er best veel diversiteit, die samenhangt met de diversiteit aan habitat in de stad. Vaak zijn er zelfs meer soorten in de stad dan net daarbuiten. Het is echter wel zo dat in de meeste steden er precies de zelfde soorten voorkomen, en dat voorheen er in het oorspronkelijke habitat meer variatie tussen locaties zat. Biodiversiteit hoeft dus lokaal niet achteruit te gaan door urbanisatie, maar op grotere schaal gebeurt dat vaak wel door wat men noemt: urbane homogenisatie. De vogels die in de stad leven wonen soms op een lawaaiige plek langs een drukke weg of bij een groot kruispunt en soms in een stille woonwijk of een rustig parkje. Dat kan veel verschil maken: lawaai kan verstoren, verjagen, en maskeren. En dit kan negatieve gevolgen hebben voor broedvogeldichtheid en diversiteit en het lokale broedsucces. Of vogels nog gehoord worden is een aspect, maar ook wat ze nog laten horen kan door ons lawaai veranderen. Zo zingen nachtegalen in de stad door de week harder dan in het weekend en zingen koolmezen hun hoogste liedjes vaker als er veel laag verkeerslawaai is. Diverse studies hebben laten zien dat stadspopulaties anders zingen dan bospopulaties van dezelfde soort: zou deze divergentie zelfs tot soortvorming kunnen leiden?

 

Tijdens de bijeenkomst is er ook een opdracht voor buiten die docenten later ook met hun leerlingen kunnen doen. De bijeenkomst vindt plaats op dinsdag 11 oktober in Leiden van 15:00 tot 18:00 uur met aansluitend mogelijkheid om mee te eten.

Stad van de Toekomst #3: Waterbeheer

Hoe ziet de stad van de toekomst eruit? Deze nascholingenreeks geeft je verdiepende achtergrondkennis bij het nieuwe lesmateriaal ‘De stad van de toekomst’. Deel 3 gaat over hoe we in de toekomst om gaan met watergebruik en wateroverlast in de stad. Joeri Willet vertelt hoe je op een circulaire manier met water om kunt gaan en hoe watergebruik en wateroverlast thema’s zijn die ons voor grote uitdagingen plaatsen. Hoe kunnen we ons watergebruik minimaliseren en zo veel mogelijk water hergebruiken en laten infiltreren in plaats van het riool te belasten. Joeri laat zien hoe systeemdenken en een systeemaanpak daarbij kunnen helpen en welke technische mogelijkheden en onmogelijkheden er zijn.

Het verhaal van Joeri biedt tal van aanknopingspunten om vanuit verschillende vakgebieden leerlingen te laten nadenken over (deel)oplossingen en de relaties zichtbaar te maken tussen de verschillende vakgebieden.

 

datum & tijd

Het college is op 10 maart en duurt van 15:30 tot 18:00 uur. De online collegereeks ‘De stad van de toekomst’ is een samenwerking tussen Onderwijsnetwerk Zuid-Holland en Wageningen University & Research (WUR). In ieder college wordt een ander aspect van het thema uitgelicht door experts op dat vakgebied.

Symposium alfa & gamma: Kansen en mogelijkheden in de taal- en zaakvakken

De wereld verandert en het onderwijs verandert met haar mee. Ook voor de taal- en zaakvakken betekent dit dat we constant in beweging zijn ons onderwijs aan te passen op hedendaagse thema’s. Mede door (nieuwe) onderwerpen zoals burgerschap en de discussie rondom een nieuw en toekomstgericht curriculum gaan we ons onderwijs anders organiseren. Tijdens dit symposium willen we mooie initiatieven en ontwikkelingen in deze vakgebieden (taal & zaakvakken) een podium bieden. In de lezingen en workshops delen we ideeën over hoe je in jouw lessen hier mee aan de slag kan.

 

Waarom voor de taal- en zaakvakken?

Helaas heeft het maatschappijprofiel nog vaak last van een slecht imago en kiezen ook steeds meer leerlingen voor een bètaprofiel. De groei van bèta binnen het onderwijs kent veel goede initiatieven maar heeft helaas ook gevolgen voor de andere schoolvakken. Taal- en zaakvakken blijven daarin soms achter op de grote (landelijke) ontwikkelingen van bètavakken zoals technasia, landelijke wedstrijden en nieuwe bètaschoolvakken en -lokalen. Ook in het hoger onderwijs is dit te merken: vooral de talenstudies hebben het zwaar. Leerlingen (en ouders) zijn bang met een maatschappijprofiel het minder ver te schoppen en geen goede baan te vinden. Tijd om die mindset aan te pakken, vindt Onderwijsnetwerk Zuid-Holland.

 

Datum & tijd: 8 april 2022, van 14:14 tot 17:30 uur

 

Locatie: Museum van Volkenkunde in Leiden.

 

Doelgroep: Docenten, schoolleiders, decanen, beleidsmakers en andere geïnteresseerden uit voortgezet en hoger onderwijs.

 

Programma:

13:50 – 14:10: Inloop

14:15 – 15:00: Welkom en sprekers

15:10 – 16:00: Workshopronde 1

16:05 – 16: 55: Workshopronde 2

17:00 – 17:30: Borrel

 

Openingsspreker Markus Davidsen: Hoe geef je een vak opnieuw vorm en wat kunnen we leren van het Deense model?

Markus Davidsen is universitair docent Godsdienstsociologie aan de Universiteit Leiden. In 2016 lanceerde hij een ‘Leidse visie voor het religieonderwijs’ en sindsdien werkt hij aan een hervorming van het vak Godsdienst/Levensbeschouwing. Met een team van vo-docenten en docentenopleiders werkt Davidsen aan een landelijk curriculum en een nieuwe vakdidactiek, en aan de Universiteit Leiden heeft hij een succesvolle tweejarige docentenopleiding opgezet. Voor dit werk ontving Davidsen in 2021 de impactprijs van de Leidse Faculteit Geesteswetenschappen. Davidsen is van origine Deens en zal ook ingaan op het Deense onderwijsmodel waarbij de taal- en zaakvakken veel sterker staan in het vo, en waar de geesteswetenschappen zich sterk profileren als docentenopleidingen.

 

Openingsspreker Suzanne Adema: ‘Oud is het nieuwe nieuw’

Suzanne Adema is Universitair Docent bij de faculteit Humanities en geeft daarnaast ook les in het voortgezet onderwijs. Tijdens de opening bespreekt Adema het onderzoeksproject Anchoring Innovation. In dit landelijke project wordt gesteld dat de klassieke oudheid geschikt bronmateriaal levert om meer zicht te kunnen krijgen op de menselijke aspecten van vernieuwing. Het is een historisch tijdperk waar veel bronnen over zijn verzameld, en waarin op sociaal, politiek en economisch niveau van alles gebeurde. Adema gaat in op hoe innovaties worden verankerd in wat al bekend is: ‘zitten is het nieuwe roken’, orange is the new black’ en ‘oud is het nieuwe nieuw’. Adema sluit af met ideeën hoe je hier in je eigen lespraktijk mee aan de slag kan, zowel voor de talen als zaakvakken.

 

 

Overzicht workshops

 

Voor de talen:

  1. Poëzie als Nieuws BV: het maatschappelijk debat en de poëzieles
  2. Eurydike vertelt: moderne Nederlandse en Engelse recepties als instrument voor inclusiviteit bij Latijn en Grieks
  3. Taal- en cultuurbewustzijn in de vreemdetalenles (VOL)

Voor de zaakvakken:

  1. Inclusief lesgeven in de geschiedenis- en maatschappijlessen
  2. Fysische geografie voor de niet-bètaleerlingen
  3. Leren van de bètavakken: Hoe kunnen we met onze vakken leerlingen écht raken?

Vakoverstijgend:

  1. Activerende didactiek en motivatie in de taal- en zaakvakken (VOL)
  2. Mijn vak saai? Hoe taal- en cultuurvakken actueel, interactief en inclusief maken? (VOL)
  3. Ethische vraagstukken in de klas: Debat & DNA
  4. Het gebruik van perspectiefgericht onderwijs bij de taal- en zaakvakken

 

Er vinden twee workshoprondes plaats. Onderaan de pagina vind je de indeling van workshops in rondes. Lees hier de beschrijving van de workshops:

 

 

  1. Poëzie als Nieuws BV: het maatschappelijk debat en de poëzielesJeroen Dera (Literatuurcriticus en letterkundige Radboud Universiteit Nijmegen) 

Wie aan ‘poëzie’ denkt, denkt al snel aan woorden als ‘emoties’, ‘natuur’ en ‘rijm’ – associaties die ook naar voren komen uit empirisch onderzoek. Hoewel er inderdaad nogal wat gedichten bestaan die aan dit beeld van poëzie beantwoorden, is de dichtkunst vele malen diverser. Tijdens deze workshop breken we het clichébeeld van poëzie open en gaan we aan de slag met gedichten die uitdrukkelijk een maatschappelijke oriëntatie hebben. Je maakt kennis met hedendaagse dichters die schrijven over maatschappelijke kwesties in de 21e eeuw, en krijgt handvatten aangereikt om hun poëzie te implementeren in het onderwijs.

Vakken: Nederlands en maatschappij.

 

  1. Eurydike vertelt: moderne Nederlandse en Engelse recepties als instrument voor inclusiviteit bij Latijn en GrieksAmaranth Feuth (Faculteit Humanities, Universiteit Leiden & docent Engels en Klassieke Talen Marecollege)

De aandacht voor de Black Lives Matter-beweging en de Me-too-discussie hebben het vak van de klassieke talen onder een vergrootglas gelegd. Zijn de teksten van de Griekse en Latijnse canon niet geschreven door witte mannen? En is het gymnasium geen eliteschool voor witte kinderen? Veel classici hebben deze vragen met nuance weten te beantwoorden. We hebben in onderzoek en onderwijs tegenwoordig ook oog voor de vrouwen, kinderen, slaven en vreemdelingen uit de oudheid zelf. In deze workshop kijken we aan de hand van literaire vrouwen als van Clodia en Eurydike naar nog een andere mogelijkheid om de klassieken op school inclusiever te maken: meer aandacht in de les voor inclusieve klassieke recepties in moderne literatuur.

Vakken: Grieks, Latijn, Engels en Nederlands

 

  1. VOL: Taal- en cultuurbewustzijn in de vreemdetalenles – Taal- en cultuurbewustzijn in de moderne vreemde talenles – Janneke Geursen (vakdidacticus ICLON, Universiteit Leiden)

Het vreemdetalenonderwijs is in beweging. Zo gaat het er in discussies rond curriculumontwikkeling over dat taalonderwijs meer is dan taalverwerving alleen. Hoe zouden we kunnen toewerken naar versterkt vreemdetalenonderwijs, waarbinnen leerlingen naast taalvaardigheden ook taal- en cultuurbewustzijn ontwikkelen?  Wat verstaan we daar eigenlijk onder? En hoe geef je dat onderwijs in de praktijk vorm?  In deze workshop formuleren we eerste antwoorden op deze vragen.

Vakken: Alle moderne vreemde talen

 

  1. Inclusief lesgeven in de geschiedenis- en maatschappijlessen – Nika Hendriksen & Albert Logtenberg (ICLON, Universiteit Leiden)

Binnen geschiedenis en maatschappijleer passeren maatschappelijke onderwerpen die kunnen raken aan de identiteit van leerlingen vaak de revue. Denk bijvoorbeeld aan onderwerpen als religie, vrijheid van meningsuiting, genocide en het vluchtelingenvraagstuk. Dit maakt dat je je als docent maatschappijleer/geschiedenis geregeld afvraagt: hoe houd ik rekening met de diverse achtergronden van mijn leerlingen waardoor iedereen de kans krijgt om te leren? In deze workshop gaan we aan de hand van jullie eigen ervaringen, kennis en kunde kritisch kijken naar de keuzes die je maakt en je repertoire voor inclusief handelen aanpassen en verder uitbreiden. Je verlaat deze workshop met handvatten vanuit de theorie en praktijk.

Vakken: Geschiedenis en maatschappij

 

  1. Fysische geografie voor de niet-bètaleerlingenMarcella van Steenbergen (docent aardrijkskunde, GLOBE)

Aardrijkskunde is een uitzonderlijk vak waar de natuurwetenschap samenkomt bij de sociale wetenschappen. Toch kiezen de meeste leerlingen het vak vanuit een maatschappij-profiel. Hoe maak je de meer fysisch geografische onderwerpen toch interessant voor deze leerlingen? GLOBE biedt lesmateriaal over onze natuurlijke leefomgeving waarin veel aandacht is voor oplossingen voor milieuproblematiek. Aan de hand van dit materiaal denken we na over de aansluiting van bètaonderwerpen  voor de niet-bètaleerling.

Vak: Aardrijkskunde

 

 

  1. Leren van de bètavakken: Hoe kunnen we met onze vakken leerlingen écht raken?Iris Hermens (Kabold)

Hoe kunnen we met onze vakken jongeren raken? We zien dat de bètavakken dit steeds beter is gelukt de afgelopen 10 jaar. Wat gebeurt hier eigenlijk? Het bedrijfsleven gooit haar deuren open, organiseert wedstrijden en maakt tijd om toffe ervaringen te organiseren voor middelbare scholieren. Mede door investeringen vanuit bedrijven en de overheid wordt bètaonderwijs steeds groter dan het klaslokaal: het gaat om beleven en ontdekken wat er echt in de echte wereld speelt. En dat motiveert jongeren. In deze workshop ga je aan de slag met deze principes en pas je die toe op jouw eigen schoolvak.

Vakken: Geschiedenis, maatschappij, filosofie, levensbeschouwing en aardrijkskunde

 

  1. VOL: Activerende didactiek en motivatie in de taal- en zaakvakken – Elselien van Tol (ICLON, Universiteit Leiden)

Activerende didactiek gaat uit van de grondgedachte dat leerstof beter beklijft als leerlingen actief betrokken zijn bij het onderwijs dat zij krijgen. Leerlingen zijn echter niet altijd zo actief bezig met de leerstof als we zouden willen. Welke didactische strategieën heb je als docent in handen om leerlingen betrokken te maken bij de lesinhoud? Hoe zorg je ervoor dat leerlingen gemotiveerd blijven en regie nemen over het eigen leerproces? Welke activerende werkvormen en hulpmiddelen kan je als docent inzetten om leeropbrengsten te vergroten? Tijdens deze workshop worden handvatten gegeven en theorie en praktische oefeningen die direct toepasbaar zijn in de praktijk en antwoord geven op bovenstaande vragen.

Voor alle schoolvakken.

 

  1. VOL: Mijn vak saai? Hoe taal- en cultuurvakken actueel, interactief en inclusief maken?Carmen van den Bergh (LUCAS, Universiteit Leiden)

Deze workshop richt zich tot alle docenten die hun lessen willen omtoveren tot een onvergetelijke ervaring, waarover leerlingen nog lang zullen spreken. Hoe laat jij je lesmateriaal aansluiten bij de actualiteit en bij de leefwereld van je leerlingen? Hoe zorg je ervoor dat ze allemaal gemotiveerd en geconcentreerd blijven? Hoe behandel je moeilijke thema’s en opdrachten die vaak ervaren worden als “saai”? Maak je diversiteit bespreekbaar zonder het expliciet te benoemen? In deze workshop behandelen we in het bijzonder een aantal voorbeelden voor taal, cultuur en literatuurdocenten van alle talen (ook niet-schooltalen). Na een korte introductie en showcase van een enkele hands-on opdrachten (interactieve groepsopdrachten, schrijvers interviewen, videoblogs maken, muziek en poëzie analyseren op een leuke manier, …) gaan we aan de slag met jullie concrete voorbeelden, “best practices” en vernieuwende ideeën.

Voor alle taalvakken

 

  1. Ethische vraagstukken in de klas: Debat & DNAAlexander Schinkel (DebatUnie) en Leonie Kaptein (DNA in beeld)

DNA wordt al snel gezien als onderdeel van de bètalessen maar is juist ook interessant voor de taal- en zaakvakken vanwege de ethische vraagstukken. In deze workshop worden de deelnemers eerst bijgepraat over de meeste recente ontwikkelingen omtrent DNA-technologieën. Vervolgens gaan ze met elkaar in debat over de vele ethische vraagstukken die deze nieuwe technologieën oproepen. Na afloop van deze workshop zijn de deelnemers op de hoogte van de laatste DNA-technologieën en weten ze hoe ze hierover met elkaar en met leerlingen kunnen debatteren.

Vakken: Nederlands, Engels, maatschappij, levensbeschouwing, geschiedenis, filosofie, bèta en burgerschap.

 

  1. Het gebruik van perspectiefgericht onderwijs bij de taal- en zaakvakkenEveline de Boer en Alma Kuijpers (ICLON, Universiteit Leiden)

In deze workshop willen wij laten zien hoe je met perspectiefgericht onderwijs als docent rondom het thema Australische Kunst in het museum Volkenkunde activerend onderwijs kunt ontwerpen of hoe je leerlingen zelf vragen kunt leren stellen die hen aanspreken rondom dit thema. Voor meer informatie over perspectiefgericht onderwijs kijk op onze website: https://www.universiteitleiden.nl/iclon/wetenschappelijk-onderzoek/perspectiefgericht-onderwijs

Voor alle schoolvakken

 

 

Indeling rondes:

 

Ronde 1:

Leren van de bètavakken: Hoe kunnen we met onze vakken leerlingen écht raken?

Activerende didactiek en motivatie in de taal- en zaakvakken (VOL)

Mijn vak saai? Hoe taal- en cultuurvakken actueel, interactief en inclusief maken? (VOL)

Ethische vraagstukken in de klas: Debat & DNA

Het gebruik van perspectiefgericht onderwijs bij de taal- en zaakvakken

 

 

Ronde 2:

Poëzie als Nieuws BV: het maatschappelijk debat en de poëzieles

Eurydike vertelt: moderne Nederlandse en Engelse recepties als instrument voor inclusiviteit bij Latijn en Grieks

Taal- en cultuurbewustzijn in de vreemdetalenles (VOL)

Inclusief lesgeven in de geschiedenis- en maatschappijlessen

Fysische geografie voor de niet-bètaleerlingen

 

 

Online college: De stad van de toekomst is klimaatadaptief

In deze interactieve online bijeenkomst (uit de reeks: de stad van de toekomst) voor docenten vo, delen Rob Roggema en Ted van der Klaauw hun ideeën over hoe de stad van de toekomst er uit gaat zien en hoe we daar nu al aan kunnen werken. Rob Roggema is lector Landschapsinclusief ontwerpen, ontwikkelen en bouwen bij Inholland. Als landschapsarchitect weet hij veel over hoe de stad van de toekomst ontworpen kan worden. Bij dit ontwerp moet er rekening worden gehouden met veel verschillende facetten zoals voedsel, water, natuur, kustveiligheid maar ook klimaatadaptatie. Rob schetst een toekomstbeeld welke veranderingen op ons af komen, hoe ons landschap er in de toekomst uit zou kunnen zien en hoe we hier op kunnen anticiperen. Ted van der Klaauw is docent Ruimtelijke Ordening, Planologie en Stedenbouw. Na Rob zal hij dieper in gaan op een van de onderwerpen die binnen steden een steeds belangrijkere rol gaat spelen: hittestress. Want wat heeft een steeds warmer klimaat als effect op de stad? Op welke manieren kunnen we een stad hier voor weerbaar maken? Er wordt ingegaan op de theorie achter het fenomeen hittestress en wat dat betekent voor de beleving van het stadsklimaat. Vervolgens wordt aan de hand van ontwerprichtlijnen een online casus behandeld. Hierbij is ruimte om zelf creatieve ideeën in te brengen.

 

 

Doel & Resultaat

In dit interactieve college vertellen Rob en Ted hun verhaal en is er ruimte voor vragen en discussie. Daarnaast wordt er met de docenten een opdracht (casus) gedaan waarin we de kennis in een voorbeeldontwerp toepassen, op een manier die later ook te gebruiken is in je eigen lespraktijk met de leerlingen.

 

Het college duurt van 15:00 tot 17:00 uur. De online collegereeks ‘De stad van de toekomst’ is een samenwerking tussen Onderwijsnetwerk Zuid-Holland en Wageningen University & Research (WUR). In ieder college wordt een ander aspect van het thema uitgelicht door experts op dat vakgebied.

De stad van de toekomst #1: Nutriënten en stadslandbouw

Hoe ziet de stad van de toekomst eruit? In deze online collegereeks van 4 colleges krijg je antwoord op die vraag. Deze nascholingenreeks geeft je verdiepende achtergrondkennis bij het nieuwe lesmateriaal dat ontwikkeld is: De stad van de toekomst. De eerste nascholing in de reeks gaat over nutriënten en stadslandbouw. In de andere nascholingen komt onder andere de ontwikkelingen die spelen bij het verduurzamen en klimaatbestendig maken van de stedelijke omgeving aan bod.

 

Het voorlopige programma:

 

4 november 2021: Nutriënten en stadslandbouw (via de knop aanmelden meld je je aan voor deze eerste bijeenkomst)

10 maart 2022: Waterbeheer

Stedelijke inrichting en duurzaamheid (datum volgt)

Stadsecologie (datum volgt)

 

 

De bijeenkomst op 4 november vindt online plaats van 15:30 tot 18:00 uur. Deze reeks wordt samen met de Universiteit van Wageningen (WUR) georganiseerd. Het is mogelijk om de hele reeks of losse bijeenkomsten te volgen.

Klimaatonderzoek aan zeewater

Toch klimaatonderzoek doen op een middelbare school? Via een alkaliteitsbepaling kan dit. Met de waarde voor de totale alkaliteit kunnen scholieren bijvoorbeeld iets zeggen over hoeveel CO2 er nog opgenomen kan worden door het zeewater en hoe schadelijk de situatie inmiddels is voor bijvoorbeeld een koraalrif. De totale alkaliteit kan vrij eenvoudig bepaald worden via een titratie. Dit kan zeer geavanceerd, maar ook eenvoudig – bijvoorbeeld voor op de middelbare school. Tijdens deze workshop komen de volgende onderdelen aan bod:

1. Opname van CO2 in zeewater en de mechanismen hierachter

2. Hoe heeft klimaatverandering effect op de pH-waarde van zeewater

3. Hoe wordt de alkaliteit bepaald en tegen welke “problemen” loop je op (veldwerk is nog niet zo gemakkelijk)

4. Geavanceerd titreren zoals gedaan wordt bij o.a. Rijkswaterstaat (tevens praktisch in de workshop) en hoe deze om te zetten zodat de titratie ook op school kan.

 

 

Doel & Resultaat

Na een korte uitleg en lezing gaan we in de workshop aan de slag met echte geavanceerde titratie-apparatuur en zeewater en bepalen we de alkaliteit. Tevens onderzoeken we hoe we deze geavanceerde titraties kunnen vertalen naar een middelbare school-situatie. Kunnen we klassiek titreren of ook via IPCoach?

 

Deze bijeenkomst is voor docenten scheikunde maar kan ook voor docenten aardrijkskunde interessant zijn. De bijeenkomst vindt online plaats en duurt van 16:00 tot 18:00 uur.

Een circulaire en klimaatneutrale samenleving

In verband met de huidige maatregelen rondom corona, zal deze activiteit online plaatsvinden.

 

De transitie naar een circulaire en klimaatneutrale samenleving is een belangrijke ontwikkeling en een breed thema dat Wageningen University and Research tot een van haar speerpunten heeft gemaakt. Binnen dit thema komen biologische, chemische, fysische, geografische en sociale vraagstukken samen.

 

In onze samenleving worden de meeste grondstoffen nog steeds gebruikt voor producten die we weggooien. Dat dit lineaire systeem niet langer houdbaar is, daarover bestaat brede instemming. Een transitie naar circulair gebruik van water, nutriënten en koolstof, gecombineerd met minimaal verlies aan natuurlijke bronnen, is noodzakelijk. Alleen dan kan het klimaat zich herstellen en kunnen we onze groeiende wereld bevolking blijven voeden.

 

Spreker dr. Saskia Visser

Dr. Saskia Visser, programmaleider op dit onderwerp, laat zien wat er nu al mogelijk is en hoe deze ontwikkeling er in de toekomst uit zou kunnen gaan zien. Tijdens de nascholing gaan we in op hoe deze nieuwe ontwikkelingen inhoudelijke inspiratie kunnen opleveren voor jouw vaklessen.

 

Over de nascholing:

Deze online nascholing wordt verzorgt door de Wageningen University & Research. Voor meer informatie over kosten en inschrijving zie de website.